eerstgeborene

Dutch

Etymology

From eerstgeboren +‎ -e. Cognate with German Erstgeborene, Erstgeborener.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˌeːrst.xəˈboː.rə.nə/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: eerst‧ge‧bo‧re‧ne

Noun

eerstgeborene m or f (plural eerstgeborenen)

  1. firstborn

Synonyms

Descendants

  • Negerhollands: eerstgebooren, eerst-gebooren