neerslag

Dutch

Etymology

From neer +‎ slag.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈneːr.slɑx/
  • Audio:(file)
  • Hyphenation: neer‧slag

Noun

neerslag m (plural neerslagen, diminutive neerslagje n)

  1. rainfall, precipitation
    De neerslag was erg zwaar gisteren.The rainfall was very heavy yesterday.
    Er wordt veel neerslag voorspeld voor dit weekend.A lot of precipitation is predicted for this weekend.
  2. fallout
    Synonym: fall-out
  3. result, outcome, elaboration
    de schriftelijke neerslag van zijn onderzoek.the written elaboration of his research.

Derived terms