voorwaardelijk
Dutch
Etymology
From Middle Dutch vorewaerdelijc. Equivalent to voorwaarde + -lijk.
Pronunciation
- IPA(key): /ˌvoːrˈʋaːr.də.lək/
Audio: (file) - Hyphenation: voor‧waar‧de‧lijk
Adjective
voorwaardelijk (comparative voorwaardelijker, superlative voorwaardelijkst)
- conditional (pertaining to a condition)
- Synonym: conditioneel
- In het contract staan enkele voorwaardelijke clausules. ― The contract contains some conditional clauses.
- (law) probationary; suspended
- 2023 April 21, Redactie KW, Krant van West-Vlaanderen[1], archived from the original on 22 April 2023:
- De rechter veroordeelde de man tot een celstraf van 3 jaar voorwaardelijk, met uitzondering van de voorhechtenis, en een boete van 4.000 euro.
- The judged sentenced the man to 3 years of prison time, probationally, the pre-trial detention excepted, and a fine of 4,000 euros.
- After 1996, politie.nl[2], archived from the original on 10 June 2023:
- Bij een voorwaardelijke straf word je (nog) niet opgesloten. Als je binnen de proeftijd (meestal 1 tot 2 jaar) iets strafbaars doet of je niet houdt aan de voorwaarden die de rechter aan je heeft gesteld, dan gaat je voorwaardelijk opgelegde straf in en kan je worden opgesloten.
- With a suspended sentence you are not incarcerated (yet). If, within your probation period (usually 1 to 2 years), you commit a punishable act or do not respect the conditions the judge made, your suspended sentence is triggered and you can be incarcerated.
- De straf werd opgelegd met een voorwaardelijke veroordeling. ― The punishment was imposed with a probationary sentence.
- De rechter besloot een voorwaardelijke straf op te leggen. ― The judge decided to impose a conditional sentence.
- (grammar) conditional (pertaining to a conditional mood or tense or another grammatical way to express contingency)
- Synonym: conditioneel
- In het Nederlands hebben we een voorwaardelijke wijs om condities uit te drukken. ― In Dutch, we have a conditional mood to express conditions.
Declension
| Declension of voorwaardelijk | ||||
|---|---|---|---|---|
| uninflected | voorwaardelijk | |||
| inflected | voorwaardelijke | |||
| comparative | voorwaardelijker | |||
| positive | comparative | superlative | ||
| predicative/adverbial | voorwaardelijk | voorwaardelijker | het voorwaardelijkst het voorwaardelijkste | |
| indefinite | m./f. sing. | voorwaardelijke | voorwaardelijkere | voorwaardelijkste |
| n. sing. | voorwaardelijk | voorwaardelijker | voorwaardelijkste | |
| plural | voorwaardelijke | voorwaardelijkere | voorwaardelijkste | |
| definite | voorwaardelijke | voorwaardelijkere | voorwaardelijkste | |
| partitive | voorwaardelijks | voorwaardelijkers | — | |