keerteken

Dutch

Etymology

From keer +‎ teken.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈkeːrˌteː.kə(n)/
  • Hyphenation: keer‧te‧ken

Noun

keerteken n (plural keertekens, diminutive keertekentje n)

  1. multiplication sign
    Synonyms: maalteken, vermenigvuldigingsteken