verkleuren

Dutch

Etymology

From kleur +‎ ver- -en.

Pronunciation

  • Audio:(file)
  • Hyphenation: ver‧kleu‧ren

Verb

verkleuren

  1. (of a color) to change e.g. through tarnishing or bleaching

Conjugation

Conjugation of verkleuren (weak, prefixed)
infinitive verkleuren
past singular verkleurde
past participle verkleurd
infinitive verkleuren
gerund verkleuren n
present tense past tense
1st person singular verkleur verkleurde
2nd person sing. (jij) verkleurt, verkleur2 verkleurde
2nd person sing. (u) verkleurt verkleurde
2nd person sing. (gij) verkleurt verkleurde
3rd person singular verkleurt verkleurde
plural verkleuren verkleurden
subjunctive sing.1 verkleure verkleurde
subjunctive plur.1 verkleuren verkleurden
imperative sing. verkleur
imperative plur.1 verkleurt
participles verkleurend verkleurd
1) Archaic. 2) In case of inversion.