pijpenstelen regenen

Dutch

Etymology

From pijpensteel (pipe handle) + regenen (to rain).

Pronunciation

  • Audio:(file)

Verb

pijpenstelen regenen

  1. (idiomatic, impersonal) to rain cats and dogs (to rain very heavily)
    Synonyms: bakstenen regenen, hozen, katten en honden regenen, koeienstaarten regenen, met bakken uit de hemel regenen, oude wijven regenen, pieken regenen, plenzen, regenen dat het giet, scheermessen regenen, stortregenen, (vulgar) stront regenen, telegraafdraden regenen

Conjugation